Naar navigatie gaanNaar aanmelden gaanNaar inhoud gaan

Terug naar ultralage rente? Waarschijnlijk niet …

Keytrade Bank logo

Keytrade Bank

keytradebank.be

In de nasleep van de financiële crisis hield de Europese Centrale Bank (ECB) de rente jarenlang op een laag en zelfs negatief niveau. Dat was nodig om de economie nieuw leven in te blazen. Door sparen te ontmoedigen en lenen aantrekkelijk te maken, wilde de ECB de consumptie en investeringen stimuleren.

Tijdens de coronacrisis ging de ECB zelfs nog enkele stappen verder door het beleid nog meer te versoepelen. Tot ieders verrassing trok de economie nadien veel sneller dan verwacht aan. En door bevoorradingsproblemen nam ook de inflatie plotseling fors toe. Zo fors dat de ECB van achteruit naar vierde versnelling moest schakelen, en de beleidsrente aan een verschroeiend tempo verhoogde. In amper 14 maanden voerde ze liefst 10 verhogingen door.

Die renteverhogingen misten hun uitwerking niet. De inflatie koelt langzaam maar zeker af en de economische groei vertraagt in de eurozone. Maar om te voorkomen dat de groei té veel vertraagt en de inflatie té veel zakt, denkt de ECB er stilaan aan om de beleidsrente opnieuw te verlagen. De meeste analisten gaan ervan uit dat een eerste renteknip in juni 2024 komt (al is dat geen absolute zekerheid). Hoeveel keer en hoe snel de ECB nadien nog de rente zal verlagen is eveneens onduidelijk. Maar dat de ECB niet zal terugkeren naar ultralage of zelfs negatieve rente, daar zijn de meeste analisten het over eens. Daar zijn verschillende redenen voor:

• Verschillende trends zorgen ervoor dat overheden de komende jaren en decennia meer zullen moeten lenen. Om het hoofd te bieden aan de vergrijzingsgolf, de toenemende defensie-uitgaven, klimaatverandering en andere megatrends, zullen overheden meer geld nodig hebben. Omdat ook de rente onderhevig is aan het spel van vraag en aanbod, zal ook dat opwaartse druk op de rente uitoefenen.

• De toekomstige economische achtergrond ziet er eerder inflatoir dan desinflatoir uit. De vrije stroom van arbeid, goederen en kapitaal (globalisering) lijkt af te nemen, of minstens te veranderen. Dit kan leiden tot hogere productiekosten en dus ook tot hogere prijzen, wat inflatie in de hand werkt, en dus ook tot hogere rente kan leiden.

• We zitten te midden van een nieuwe supercyclus in grondstoffen. Na de pandemie was er een eerste forse stijging van de grondstoffenprijzen, gevolgd door er een lichte neerwaartse correctie. De jongste tijd zijn de meeste grondstoffen weer aan een stijging begonnen. En wie stijgende grondstoffenprijzen zegt, zegt hogere inflatie. Ook dat is een reden waarom de rente niet snel zal terugkeren naar de ultralage niveaus van voor 2020.

• De rente werkt als een gas- en rempedaal op de economie. Als er nauwelijks economische groei is, dan werkt een lagere rente als een gaspedaal. Anderzijds, als de economie te snel opwarmt en de inflatie te hoog oploopt, werkt een renteverhoging als een rem. Vanaf 2008 hadden veel landen te kampen met beperkte groei, wat leidde tot lage rente. Daarnaast nam in de jaren 2010 de overtuiging toe dat de groei van de productiviteit in de toekomst lager zou uitvallen dan voor de financiële crisis. Dit is van belang omdat de rente in toekomstgericht is; de rente is eigenlijk een prijs die uitdrukt hoeveel het kost om nu geld te hebben in plaats van in de toekomst. Met de opkomst van artificiële intelligentie zijn de verwachtingen de jongste tijd echter veranderd. Voor het eerst sinds 2008 heerst er optimisme dat de groei van de productiviteit sterk kan verbeteren. Hoewel dit natuurlijk niet zeker is, kan zelfs de verwachting van een hogere groei de rente beïnvloeden, en dus hoger houden.

• Historisch gezien is de huidige ‘hoge rente’ niet abnormaal hoog. Integendeel, het is zelfs eerder ‘normaal’ of ‘laag’. Begin 2000 bedroeg de depositorente (de rente die banken krijgen als ze geld bij de centrale bank parkeren) in de eurozone 2,25%. Vandaag staat die op een ‘record’ van 4%. Maar kijken we naar het rentebeleid van de landen die samen in de eurozone stapten, dan ziet het totaalplaatje er historisch gezien genuanceerder uit. Tussen 1950 en 2000 zakte de rente zelden onder de 4%. Bepaalde jaren piekte de rente zelfs boven de 10%.

• De voorgaande periode van lage rente was voor een groot deel het gevolg van de financiële crisis. Tijdens deze periode bereikte de werkloosheid hoge niveaus, was de vraag zwak en de inflatie erg laag. Naast de financiële crisis van 2008 was ook de pandemie van 2020-21 een van de grootste economische schokken in de moderne geschiedenis. In termen van productiedaling veroorzaakten beide een van de zwaarste recessies. Hoewel de huidige geopolitieke situatie onzeker blijft, lijkt het minder waarschijnlijk dat er op korte termijn twee impactvolle crisissen zullen komen die een aanzienlijke economische stimulans (en lage rente) noodzakelijk maken. En nu er eindelijk inflatie is, zullen de centrale banken wellicht willen vermijden dat de inflatie weer té sterk afkoelt.

Blog-Body=LageRente

Wat betekent hogere rente voor beleggers, spaarders en huizenkopers?

1. Beleggers

Voor beleggers is de rente cruciaal omdat ze invloed heeft op de waardering van verschillende activaklassen. Een dalende rente kan leiden tot hogere prijzen voor obligaties en zou ook positief moeten zijn voor aandelen. Stijgende rente is (in theorie) negatief voor aandelen, en voor wie obligaties bezit.

Voor wie obligaties wil kopen is een hoge rente wel interessant: bij een hoge rente zijn aandelen over het algemeen minder aantrekkelijk dan obligaties. Dat komt omdat obligaties minder risicovol zijn, terwijl ze dan tegelijk een degelijk rendement opleveren. In het huidige klimaat zijn vooral obligaties een stuk aantrekkelijker in vergelijking met het voorbije decennium. Let wel: niet alleen de rente heeft invloed op de waardering van aandelen en obligaties; er zijn nog vele andere factoren die meespelen.

2. Spaarders

Spaarders hebben na de financiële crisis weinig rendement gezien op traditionele spaarrekeningen. Daar kwam de jongste tijd verandering in. Als de rente hoger blijft, zouden spaarders dat ook op hun spaardeposito's vertaald moeten zien. Echter, een rentewijziging op niveau van de ECB leidt niet noodzakelijk meteen tot een wijziging op de spaarrekeningen.

3. Huizenkopers

De impact op huizenkopers is significant omdat de interestvoeten nauw verbonden zijn met de beleidsrente van de ECB. Een hogere rente leidt tot hogere hypotheeklasten, wat de betaalbaarheid van woningen kan beïnvloeden. Dit kan de vraag naar woningen temperen en mogelijk leiden tot een stabilisatie of zelfs een daling van de huizenprijzen. Als de rente echter daalt, zou dit huizenkopers kunnen bevoordelen door de leenkosten te verminderen. Anderzijds kan dat ook leiden tot een toename in de vraag naar vastgoed en potentieel stijgende huizenprijzen als gevolg daarvan.

Deze communicatie bevat geen beleggingsadvies of aanbeveling, noch een financiële analyse. Niets in deze communicatie mag worden geïnterpreteerd als zijnde informatie met contractuele waarde van eender welke aard. Deze communicatie is uitsluitend ter informatie bedoeld. Keytrade Bank kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eender welke beslissing op basis van de informatie die deze communicatie bevat, noch voor het gebruik ervan door derden. Gelieve u in te lichten voor u in financiële instrumenten belegt. Lees daarom aandachtig het document "Overzicht van de belangrijkste kenmerken en risico’s van financiële instrumenten" bij documenten op keytradebank.be.

Andere artikels die u mogelijk interesseren