Obligaties boven aandelen in 2024?

Geert Van Herck

Geert Van Herck

Chief Strategist KEYPRIVATE

In “Wees alert, want er loert gevaar” schreven we over de westerse centrale banken en de grootte van hun balansen. Afbouwen van die balansen bovenop de verwachte verlaging van de officiële rentevoeten in 2024 zou wel eens voor hogere marktvolatiliteit kunnen zorgen.

Intuïtief zien aandelenbelegger dit misschien als een bonus. Maar is dat wel zo? Zijn renteverlagingen gunstig voor de internationale beurzen?

In 2022 en 2023 zagen we een agressief beleid van de westerse centrale banken. Zowel in de VSA als in Europa verhoogden ze de kortetermijnrente fors. Hun doel: de inflatie bekampen. Deze monetaire verstrakkingspolitiek zorgde voor hogere volatiliteit op de aandelenmarkten.

Kijk naar de afgelopen maanden. Vanaf augustus tot eind oktober gingen de meeste beurzen met zo’n 10% of meer lager omdat er maar geen einde leek te komen aan de strenge Amerikaanse monetaire politiek. Maar begin november verklaarde de Amerikaanse centrale bank (Federal Reserve of FED) dat er een monetaire pauze aankwam en plots schoten de aandelenkoersen fors hoger.

Vaak zeggen financiële experts dat een soepel monetair beleid een bonus is voor de aandelenmarkten. Immers, zij denken dat dit zuurstof geeft aan consumenten en producenten. Consumenten zullen de lagere rente aangrijpen om meer kredieten op te nemen en producenten zullen meer investeren in bijvoorbeeld nieuwe machines.

Helaas laat grafiek 1 een andere realiteit zien. Zo stellen we vast dat een monetaire richtingwijziging van de Amerikaanse centrale bank (“Fed pivot”) steeds samenvalt met scherpe beurscorrecties.

Als we naar de afgelopen 25 jaar kijken, kunnen we niet anders dan vaststellen dat elke beurscrisis zoals de dotcomcrisis, de financiële crisis en de covidcrisis samenvalt met een periode van renteverlagingen.

Beleggers lijken een verlaging van de kortetermijnrentevoeten eerder te interpreteren als een teken van economische zwakte (recessievrees en lagere bedrijfswinsten).

Grafiek 1 : rentebeleid Fed vs de S&P 500

Grafiek1
Bron : Elliot Wave International

Grafiek 2 brengt dezelfde boodschap. Bovenaan zien we de evolutie van de kortetermijnrente in de VSA (Fed Funds Rate) en daaronder de relatieve prestatie van de S&P 500 tegenover langlopende Amerikaanse staatsobligaties op 30 jaar.

Telkens als we een lagere Fed Fundsrente zien, presteren staatsobligaties beter dan aandelen. Laat we het voorbeeld van de financieel-economische crisis (2007 – 2008) erbij nemen: vanaf het ogenblik dat de Amerikaanse centrale bank de kortetermijnrente laat zakken in september 2007 zien we dat de onderste groene lijn een dalende trend inzet. Dit betekent dat staatsobligaties sterker gaan presteren dan aandelen. Met andere woorden, een eerder defensieve belegging wint het dan van een eerder dynamische belegging.

Het is pas vanaf het moment dat de kortetermijnrente ‘uitbodemt’ dat aandelen weer herstellen.

Grafiek 2 : relatieve prestatie obligaties vs aandelen en monetair beleid

Grafiek2

Bron: Jeff Weniger

Conclusie

In tegenstelling tot wat er in financiële handboeken is te lezen, staat een soepeler monetair beleid niet garant voor een gemakkelijke beursomgeving. Eerder het tegenovergestelde vinden wij. Onze analyse toont duidelijk aan dat periodes van monetaire versoepeling hand in hand gaan met hogere volatiliteit op de internationale aandelenmarkten.

Nu willen beleggers we zeker geen angst aanjagen, maar we willen wel realistische verwachtingen scheppen. Voor 2024 rekenen immers heel wat economisten en grote fondsbeheerders op renteverlagingen in Europa in de VSA. Dus moeten we in 2024 toch alert blijven voor een mogelijke trendommekeer op de beurzen.

U weet het: een gewaarschuwd belegger is er twee waard!

Andere artikels die u mogelijk interesseren