Waarom de S&P 500 (g)een probleem heeft

Keytrade Bank logo

Keytrade Bank

keytradebank.be

44.000 miljard USD, voluit 44.000.0USD . Zo groot is de marktkapitalisatie van de 500 grootste beursgenoteerde bedrijven in de VS (situatie april 2024). Samen vormen ze de S&P 500, een index die gezien wordt als de meest representatieve indicator van de Amerikaanse aandelenmarkt. En voor sommigen zelfs van de wereldwijde aandelenmarkt.

De 500 bedrijven uit de S&P 500 vertegenwoordigen ongeveer 40% van de globale aandelenmarkt (in marktkapitalisatie). Anders gezegd: tel je de waarde op van de zowat 55.000 beursgenoteerde bedrijven ter wereld, dan maken deze 500 bijna de helft uit van de totale marktwaarde. De S&P 500 is dan ook met voorsprong de meest gevolgde aandelenindex ter wereld.

De bedrijven in de S&P 500 zijn actief in een breed scala van sectoren, van technologie tot gezondheidszorg, en van financiële diensten tot consumentengoederen. Het is ook die diversiteit die de S&P 500 populair maakt bij veel beleggers. Maar net over die diversiteit is er de jongste tijd heel wat te doen.

Wat is het probleem met de S&P 500?

De S&P 500 telt heel wat grote bedrijven, maar een handvol is écht extreem groot. Microsoft heeft bijvoorbeeld een marktkapitalisatie van 3.000 miljard USD (situatie april 2024). Om u een idee te geven: dat is ongeveer evenveel als het bbp van Frankrijk in 2023 (= de marktwaarde van alle geproduceerde diensten en goederen in Frankrijk in 2023).

Omdat de S&P 500 een marktgewogen index is - wat betekent dat de bedrijven met de grootste marktwaarde een groter gewicht hebben in de index - hebben grotere bedrijven een sterke invloed op de prestaties van de S&P 500. Simpel gezegd: als de aandelenkoers van de grote jongens het goed doen, doet de hele index het goed. Dat is goed nieuws voor beleggers die de S&P 500 volgen, zolang dit clubje topaandelen mooi blijft presteren. Maar als het tij keert, dan drukt dit natuurlijk ook op de hele index.

Het probleem: zowel in 2023 als dit jaar is het vooral een select groepje van uitzonderlijk grote bedrijven die de richting van de S&P 500 aanvoert. Dit groepje wordt ook wel de Magnificent Seven genoemd: Alphabet, Apple, Amazon, Meta, Microsoft, Nvidia en Tesla. Samen met drie andere bedrijven maken ze maar liefst een derde van de marktkapitalisatie van de S&P 500 uit. Anders gezegd: 10 bedrijven hebben een gewicht van 33% in de S&P 500, de 490 andere zijn goed voor de rest (situatie april 2024). Net die sterke concentratie maakt sommige beleggers zenuwachtig.

Blog-Body=S&P500

Hoogste concentratie in decennia

De concentratie van de top 10 is vandaag de hoogste in decennia. Ter vergelijking: de 33% is stevig hoger dan de 27% op de piek van de techbubbel van 2000. In februari 2024 waren de Magnificent Seven zelfs even groot als de aandelenmarkten van Japan én het Verenigd Koninkrijk én Frankrijk samen. Volgens de bank JP Morgan is de recente toename van de concentratie de snelste in 60 jaar …

De bekommernis bij beleggers lijkt op het eerste gezicht terecht. Het hoge gewicht aan technologieaandelen kan beleggers kwetsbaar maken voor schokken in die sector. Een ander punt van zorg is de mogelijke verstoring van de marktdynamiek. Wanneer een kleine groep bedrijven een grote invloed heeft op een index, kunnen hun aandelenkoersen meer beïnvloed worden door beleggerssentiment dan door onderliggende bedrijfsprestaties. Dit kan leiden tot volatiliteit en overwaardering.

Elk nadeel heeft zijn voordeel?

De sterke concentratie aan techaandelen heeft bijgedragen aan een periode van uitzonderlijk sterke rendementen. De S&P 500 genereerde de afgelopen vijf jaar een totaal rendement van 16% op jaarbasis, vergeleken met een 30-jarig jaargemiddelde van 10%. De top 10 aandelen waren daarbij goed voor meer dan een derde van die winst. Toch worden de huidige aandelen verhandeld tegen lagere waarderingen dan de grootste aandelen deden op het hoogtepunt van de technologiezeepbel, volgens onderzoek van Goldman Sachs.

Bovendien is een hogere concentratie niet uitzonderlijk. In het midden van de jaren 1960 bedroeg de concentratie van de top 10 meer dan 40% van de S&P 500. Door de dominantie een handvol aandelen bleef de concentratie van de top 10 meerdere jaren boven de 30%. Bovendien is het geen exclusief Amerikaans probleem. De MSCI China telt meer dan 700 aandelen. Maar de top 10 is goed voor ruim 40% van de index. Hetzelfde geldt voor Duitsland: de MSCI Germany heeft 57% (!) van zijn weging in 10 aandelen, met 23% in slechts twee aandelen, SAP en Siemens. Ook in de MSCI UK vertegenwoordigt de top 10 meer dan 50% van de index, met bijna een kwart in drie aandelen: Shell, AstraZeneca en HSBC.

Sterke onderliggende cijfers

Daarnaast zijn verschillende van de Amerikaanse topaandelen wereldwijd marktleider of minstens toonaangevend in hun sector. Als een groep marktleider wordt, betekent dat vaak dat hun aandelen het beter doen dan de rest. Dat is precies wat er is gebeurd. De reden waarom de Magnificent Seven het de afgelopen tijd zo goed deden (weliswaar met hier en daar een valse noot), is ook omdat ze ondersteund worden door solide bedrijfsbalansen, sterke winsten en het potentieel voor robuuste toekomstige groei door AI-gedreven innovatie. De huidige marktconcentratie wordt dus niet zozeer gedreven door hetzelfde speculatieve karakter als tijdens de dotcom-zeepbel. Het argument dat concentratie risico's met zich meebrengt, moet ook in perspectief geplaatst worden. De S&P 500 verandert geregeld van samenstelling, wat wijst op een dynamische index waarin nieuwe bedrijven kunnen opkomen en groeien. Bedrijven die in waarde verminderen worden vervangen door andere bedrijven die aan kracht winnen. In die zin blijft de S&P 500 een index die beleggers niet zomaar kunnen negeren.

Hoe kunnen beleggers zich positioneren?

Gezien de huidige concentratie kan het interessant zijn om uw portefeuille door te lichten en zo nodig te diversifiëren. Tenzij u natuurlijk een hoger risico kan en wil aanvaarden. Naast indirecte beleggingen in de S&P 500, is het belangrijk om ook oog te hebben voor andere indices en markten, zoals in opkomende markten of in sectoren die momenteel ondervertegenwoordigd zijn in de S&P 500.

Voor de meer risico-averse belegger kan het zinvol zijn om te kijken naar trackers die een bredere spreiding hebben of die gericht zijn op specifieke sectoren buiten technologie. Een andere strategie kan zijn om te investeren in thematische trackers die inspelen op langetermijntrends zoals slimme mobiliteit, vergrijzing of water.

De S&P 500 blijft een belangrijke barometer voor de Amerikaanse en zelfs wereldwijde aandelenmarkten. Hoewel de huidige concentratie en de dominantie van een handjevol grote technologiebedrijven voor sommige beleggers reden tot zorg kunnen zijn, biedt het ook kansen. Het is aan de individuele belegger om te beslissen hoe zij deze informatie gebruiken om hun investeringsstrategieën vorm te geven en risico's te beheren.

Beleggen in de S&P 500?

Direct beleggen in de S&P 500 kan niet, omdat het een index is. Maar u kunt wel indirect beleggen via een tracker die de samenstelling en prestaties van de index nabootst.

Deze communicatie bevat geen beleggingsadvies of aanbeveling, noch een financiële analyse. Niets in deze communicatie mag worden geïnterpreteerd als zijnde informatie met contractuele waarde van eender welke aard. Deze communicatie is uitsluitend ter informatie bedoeld. Keytrade Bank kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eender welke beslissing op basis van de informatie die deze communicatie bevat, noch voor het gebruik ervan door derden. Gelieve u in te lichten voor u in financiële instrumenten belegt. Lees daarom aandachtig het document "Overzicht van de belangrijkste kenmerken en risico’s van financiële instrumenten" bij documenten op keytradebank.be.

Andere artikels die u mogelijk interesseren